Tekst Eveline Rethmeier, VN, 14 juli 2018

In alle drukbezochte steden zoeken bestuurders, politici en onderzoekers naar antwoorden op overtoerisme. De problemen, die zeker niet van de ene op de andere dag zijn ontstaan, zijn lang genegeerd. Liever werd gekeken naar de grote bedragen en de vele banen die toerisme opleverde. Het aantal toeristen moest groeien. Maar in de steden die ik bezocht zeiden alle bestuurders nu dat ze de problemen van overtoerisme willen aanpakken.

De belangrijkste problemen veroorzaakt door overtoerisme zijn het volraken van de publieke ruimte, stijgende huur- en huizenprijzen, de mono-economie, die hoofdzakelijk toeristen bedient, en overlast door slecht gedrag van sommige toeristen. Op die problemen worden verschillende oplossingen en strategieën losgelaten.

1. BEZOEKERS SPREIDEN IN TIJD

De consultants van McKinsey & Company presenteerden in opdracht van de World Travel & Tourism Council (WTTC) eind vorig jaar een rapport met mogelijke oplossingen voor overtoerisme. McKinsey & Company zien vooral een oplossing in spreiding van toerisme, naar tijd en naar plaats.

IJsland bijvoorbeeld is erin geslaagd toeristen ook buiten het hoogseizoen te laten komen. Het land klom succesvol uit de crisis door te investeren in promotie en intercontinentale luchtvaartmaatschappijen te verleiden tot een stop-over tussen Europa en Noord-Amerika. Het toerisme explodeerde in een paar jaar tijd. In 2017 waren er zeven keer zoveel toeristen als inwoners. Sinds een paar jaar probeert de regering bezoekers buiten de zomermaanden te laten komen door het IJslandse nieuwjaarsfeest en het noorderlicht onder de aandacht te brengen. Inmiddels komt 60 procent van de toeristen in het laagseizoen.

In de Uffizi-musea in Florence probeert directeur Eike Schmidt een einde te maken aan de lange wachtrijen buiten en de intense drukte binnen de muren van het museum. Schmidt is vastbesloten de ‘hit and run’-toeristen die alleen naar het Uffizi gaan omdat dat zo hoort als je in Florence bent, buiten de deur te houdenGewone tickets maakte hij duurder, en driedaagse passen, jaarpassen en combinatiepassen met andere minder drukbezochte musea werden goedkoper. Het riekt wel naar elitisme. Niet iedereen heeft de financiële middelen meerdere dagen in Florence te blijven of een paar maanden later terug te komen.

De consultants van McKinsey stellen voor dat steden hun belangrijkste attracties in het hoogseizoen hoger prijzen dan in het laagseizoen, of andere prijzen hanteren voor het weekend dan voor weekdagen. Op die manier zijn toeristen meer geneigd om op rustigere momenten te komen met een betere spreiding tot gevolg.

Volgens Peter Debrine van Unesco ligt de toekomst van het toerisme in spreiding naar tijd. Hij hoopt dat alle Europese steden werk maken van een verplicht reserveringsysteem voor alle highlights die een bezoeker wilt zien. ‘Ik verwacht dat toeristen over een paar jaar éérst een kaartje voor het Louvre en de Eiffeltoren zullen reserveren en pas daarna een vlucht en een hotel boeken. Als er in een bepaald weekend geen kaartjes meer daarvoor zijn, is Parijs dus te vol en kunnen ze beter een ander weekend komen.’

 

2. LOCATIESPREIDING

Naast spreiden naar tijd, proberen steden toeristen te spreiden over meerdere locaties. Zo probeert Amsterdam toeristen nu naar ‘Amsterdam Castle’ (het Muiderslot) en naar Amsterdam Beach (Zandvoort) te lokken. Het is een tactiek die meer succes zal hebben bij mensen die voor een tweede keer op bezoek gaan en de bekendste attracties al gezien heeft. Terwijl deze steden juist de grootste moeite hebben met groepen die in een paar uur de highlights van een stad willen afvinken. Dat soort dagjesmensen laat zich moeilijk omleiden naar het Royal District (Den Haag) of ­Design District (Eindhoven).

Ook in andere steden proberen bestuurders minder bekende en minder bezochte attracties onder de aandacht te brengen. Florence begint deze zomer met digitale borden rond het centrum om toeristen te informeren waar het op dat moment te druk is en wat ze wellicht beter eerst kunnen gaan doen.

Het probleem met spreiden is dat, als het al lukt, het niets anders is dan de drukte uitsmeren over een groter gebied. Spreiding is bovendien geen beperking van de toeristenstroom en moet ook niet als zodanig worden gepresenteerd. Sterker nog; het kan op jaarbasis juist zorgen voor meer bezoekers, want het zorgt ervoor dat er nóg meer bijpassen.

3. SCHEIDING TOERISTEN-LOCALS

Steden experimenten met het voorrang geven aan inwoners op bepaalde momenten en plaatsen. In Venetië houdt de politie in een observatieruimte via schermen in de gaten of er geen gevaarlijke situaties ontstaan door de drukte. Dit jaar doet de gemeente een proef met toegangspoortjes die kunnen worden gesloten voor toeristen bij hevige drukte. Alleen inwoners mogen in dat geval door de poortjes.

Het probleem met toegangspoortjes is dat het juist het gevoel van een pretpark kan versterken. Daarnaast maakt het de scheiding tussen de inwoners en de bezoekers van een stad nog scherper.Dat gebeurt al in de watermetro (de vaporetto) van Venetië: inwoners hebben een andere rij dan bezoekers.
Op bestemmingen als de Galapagos eilanden en Machu Picchu in Peru hebben de autoriteiten het toerisme afgeremd door slechts op een paar momenten per dag bezoekers toe te laten. Als je bezoekers tijdig informeert, is daar ook in het geval van overspoelde stedelijke gebieden iets voor te zeggen. We moeten af van het idee dat een toerist altijd en overal toegang zou moeten hebben. Dat zal de komende jaren onhoudbaar worden. Directeur duurzaamheid van Unesco Peter Debrine reageert lachend op het argument dat een stad met toegangspoortjes op Disneyland gaat lijken. ‘Was het maar waar!’ zegt hij. ‘We moeten steden juist veel meer gaan managen als Disneyland. Daar bepalen ze op ingenieuze wijze precies waar wanneer hoeveel mensen zijn. En iedere bezoeker gaat voldaan uit Disneyland weg. Dat is nu in sommige steden in Europa echt wel anders.’

4. MINDER BUDGETTOERISTEN

Het aantrekken van kwaliteitstoeristen die meer uitgeven en met minder in aantal zijn, is een strategie die alle steden die heb ik heb bezocht, hanteren. In Rome vertelde wethouder toerisme Andrea Meloni me met een vies gezicht dat hij Ryanair-toeristen uit landen als het Verenigd Koninkrijk liever kwijt dan rijk is en dat de gemeente nu inzet op een vermindering van lowcost-vluchten naar Rome. ‘Als je al zo weinig bereid bent uit te geven voor een vlucht, belooft dat ook weinig voor de uitgaven in de stad.’ Van deze ambitie is nog weinig te zien. Dit jaar is Ryanair de eerste luchtvaartmaatschappij in Italië. In 2017 steeg het aantal Ryanair-passagiers dat in Italië landde, met ruim 9 procent.

In Amsterdam legde wethouder economie Udo Kock (D66) me uit dat Engelse vrijgezellenfeestjes nog gewoon welkom zijn, maar dat de gemeente die niet zal aanmoedigen om te komen. ‘Het is het gedeelte dat overlast veroorzaakt. Ik wil sturen op kwaliteit.’ De gemeente Amsterdam gaat nu ook dagtoerismebelasting heffen voor cruisetoeristen die een dagje Amsterdam in willen. Kock: ‘En dan geen friemelbedrag, ik denk aan acht euro per dag.’
In alle gesprekken die ik had met bestuurders en brancheorganisaties bekroop me het gevoel dat de focus hoofdzakelijk op geld ligt. Niet minder toeristen, maar minder budgettoeristen. Geen maximaal aantal bezoekers, maar een verhoging van de toeristenbelasting. Alle populaire steden hebben de toeristenbelasting omhoog gegooid, en de bezoekersaantallen zijn toch overal gestegen. Mensen blijven niet thuis omdat de toeristenbelasting met een paar euro stijgt. Zo’n prijsstijging zonder dat de vraag afneemt, is dus gemakkelijk extra geld verdienen.

5. WANGEDRAG AFSTRAFFEN

In alle steden die ik heb bezocht, is de handhaving op wangedrag strenger geworden. Wie in Rome in een fontein duikt, krijgt een boete van driehonderd euro. Amsterdam verbande de bierfiets uit (delen van) het centrum, Barcelona de segways. Bordjes met ‘verboden te picknicken’ moeten in Venetië een einde maken aan bivakkerende dagjesmensen op de bruggen. In Florence spuiten ze de trappen voor de Duomo constant nat zodat mensen niet op de treden gaan zitten. Het levert leuke krantenberichtjes op in de komkommertijd.

De gemeente Florence hoopt dat toeristen zich respectvoller zullen gedragen door een campagne die zij samen met Venetië, Rome, Napels en Milaan zijn begonnen: #EnjoyRespect. Met blitse filmpjes, posters en stickers willen ze toeristen laten zien hoe ze zich in een monumentale stad dienen te gedragen. Koop niet bij illegale straatverkopers. Ga niet zitten op monumenten. Gooi rommel in de afvalbak. Kras niet de initialen van je liefje in de Middeleeuwse stadsmuren. Ook de gemeente Amsterdam is eind vorige maand gestart met een EnjoyRespect-campagne om hufterig gedrag tegen te gaan.Maar in de steden die ik heb bezocht, zag ik toeristen de Enjoyrespect-adviezen vooral negeren.

Het goeiige karakter van de campagne is exemplarisch voor de spagaat van de steden. Ze willen toeristen niet het gevoel geven dat ze niet welkom zijn door een lijstje gedragsregels op te leggen, want ze willen ook geld verdienen.

6. VOORKOMEN VERSCHRALING AANBOD WINKELS

De homogeniteit die in stadscentra ontstaat door de komst van grote ketens en souvenirshops kan de overheid bestrijden met regelgeving. Zo is er in het centrum van Amsterdam een stop op winkels en snackbars die zich hoofdzakelijk op toeristen richten. Naast de toeristenwinkels wil de nieuwe gemeenteraad ook de aanwezigheid van winkelketens zoals H&M en Starbucks verminderen.

Ook in Rome, Venetië en Florence zijn er nu strengere regels voor het openen van nieuwe winkels. Hiermee wordt het lastiger dan voorheen om een minimarket, souvenirwinkels of internetpoint te openen. Verschillende steden willen meer aandacht voor de typische lokale producten. Zo is het in de Toscaanse stad Lucca nu verboden om binnen de muren van het oude stadscentrum restaurants met een niet-Italiaanse keuken te openen. Een restaurant moet ten minste één lokale specialiteit op de kaart hebben. Een Toscaanse bonensoep tussen de Chinese roerbakschotels is in theorie dus al voldoende.



7. VAKANTIEVERHUUR (AIRBNB) AAN BANDEN LEGGEN

De overheid heeft een beslissende stem in de manier waarop een stadscentrum zich ontwikkelt. Ze kan bijvoorbeeld in bestemmingsplannen laten opnemen hoeveel slaapplaatsen je voor bezoekers in de stad wilt, en zo voorkomen dat buurten vollopen met appartementencomplexen voor toeristen.
Alle toeristische steden hebben zich laten overvallen door Airbnb, het platform waarop mensen hun eigen appartement voor een paar dagen aan toeristen konden verhuren. Van een platform waarop mensen die zelf met vakantie gingen hun huis konden verhuren aan bezoekers, werd Airbnb een ongereguleerde vorm van commerciële verhuur. In woonwijken waar geen hotels zijn, liepen ineens de rolkoffertjes af en aan. In steden als Barcelona heeft het buurten getransformeerd en de huizen- en huurprijzen opgestuwd. Bovendien geeft Airbnb een vrijwel ongelimiteerd aantal bedden – ieder huis is een potentieel toeristenappartement – waardoor de overheid nauwelijks controle heeft op het aantal slaapplaatsen in een stad.

Het verstoorde evenwicht wordt nu langzaam hersteld door regelgeving. In Amsterdam geldt nu een maximum van dertig dagen, en in sommige zeer populaire buurten wordt Airbnb volledig verboden. In Parijs mag het tot zestig dagen. Barcelona heeft een vergunningensysteem voor Airbnb-verhuur. Er is een speciale hotline waar buurtbewoners kunnen klikken over illegale verhuur. De boetes zijn fors: 60.000 euro. Het lijkt een kwestie van tijd voordat andere steden zullen volgen.

VERLICHTING IS GEEN OPLOSSING

Al deze strategieën zullen zeker verlichting brengen, maar verlichting is geen oplossing. Op sommige plekken zijn de aantallen toeristen gewoon te hoog, en daarvoor is maar één remedie: minder mensen laten komen, of in ieder geval niet méér. Ook als dat ingaat tegen financiële belangen.

Maar op populaire bestemmingen gaat de bouw van hotels intussen gewoon door. Hooguit mag het niet meer in het centrum. In Florence worden momenteel twee gigantische budgethotels gebouwd net buiten het oude centrum.

Peter Debrine van Unesco: ‘Minderen of in ieder geval niet nog harder groeien zou het doel moeten zijn. Maar ondertussen doen populaire steden nog steeds aan promotie, zelfs Venetië! Het hoofd van de toerismebond in Italië verdedigt dat door te zeggen dat er iedere seconde baby’s worden geboren over de hele wereld die Venetië nog niet hebben gezien. Het zou beter zijn om de miljoenen die jaarlijks in toerisme worden gepompt, in het verbeteren van de infrastructuur te steken, zodat bewoners geen overbelast openbaar vervoer hebben door al die toeristen.’

MEER VLUCHTEN

Een opwarmende aarde en stijgende CO2-uitstoot hebben de luchtvaartsector, een van de zwaarst gesubsidieerde bedrijfstakken ter wereld, nog altijd geen strobreed in de weg gelegd. Het is de vraag of volgelopen steden regeringen wél zover zullen krijgen een streep te zetten door de subsidies en belastingvrijstellingen. Al zou het wel helpen. Als tickets duurder worden, zal dat ook de druk op de steden verlichten. Maar het aantal vluchten stijgt vooralsnog nog altijd in Europa. Schiphol wil meer vluchten laten landen en binnenkort kunnen prijsvechters op de luchthaven van Lelystad landen.
Het probleem voor de meeste steden is dat gemeentebesturen nauwelijks controle hebben op het aantal bezoekers dat op een luchthaven landt. Amsterdam is daar, als aandeelhouder van Schiphol, een uitzondering op.

Stephen Hodes van denktank Amsterdam in Progress hoopt dat Amsterdam haar spierballen wil laten zien en zich hard zal maken voor minder bezoekers, of in ieder geval minder groei. ‘Misschien kunnen wij een voorbeeld zijn voor andere Europese steden. Dat het wel anders kan.’

Het nieuwe college in Amsterdam heeft bij de presentatie van zijn plannen benadrukt dat het afschrikken van toeristen niet het doel is, maar dat het college er niet rouwig om zou zijn als de groei van het aantal bezoekers wat afvlakt.

Het ‘mogelijk iets afvlakken van groei’ is vergeleken met de doelstellingen van andere steden ambitieus te noemen. En dat is treurig, want toerisme verdient een vergelijkbare prioriteit als migratie en klimaatverandering op de nationale politieke agenda.

De komende jaren zal het aantal toeristen wereldwijd fors blijven groeien. Als regeringen geen absolute prioriteit maken van duurzaam toerisme, zullen oude stadscentra leeglopen en blijven alleen de toeristen over: passanten die in- en uitgaan en de stad kortstondig consumeren.

Het geld dat met toerisme wordt verdiend, zou allereerst moeten worden gebruikt om de stad als woonplaats te verbeteren. Pas als lokale en nationale overheden de euro-, yen- en dollartekens uit hun ogen halen en scherp kiezen voor in bedwang houden van het massatoerisme, zal er iets veranderen. Het is wachten op een overheid die daadwerkelijk de stap durft te zetten om een deel van de toeristen, en hun geld, buiten de deur te houden.

Dit artikel is tot stand gekomen met steun van het Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten