Dirk waterval, Trouw, 4-8-2018

Kom dansen, kom eten, kom zuipen, kom gokken - voeg daar een dosis drugs en sekswerkers aan toe en het Klein Orkest had het in plaats van West-Berlijn beter over Amsterdam-Centrum kunnen hebben. Een vergaarbak van toeristen die het eens een weekend helemaal bont willen maken. Met de volgende dag alleen een kater en wat jolige foto's op de telefoon die er vaag aan herinneren.

Maar bewoners zijn het zat, de gemeente is het zat en een week geleden trok ook de stadsombudsman aan de bel. Op de Wallen en het Leidseplein is het volgens hem ronduit gevaarlijk, wetteloos. Waarom ging het mis? En belangrijker: wat is nú nodig?

"Ik kan de ontwikkelingen op de Wallen van de laatste decennia voor je samenvatten", zegt bewoner Bert Nap (60), die er sinds 1977 woont. De oud-leraar zit in het Integraal Burgwallen Overleg, waarin hij met andere bewoners in gesprek is met de gemeente. "Vroeger heette het de Wallen, nu spreken mensen over het Red Light District. Dat illustreert perfect de buitenlandse, toeristische sfeer waar iedereen nu zo'n last van heeft."

Het zou helpen als de gemeente de ándere mooie plekken in de stad benadrukt

Niet lang geleden kende Nap het als een schimmig, maar rustig gebied waar je met een duidelijk doel heen ging: de prostituees. En dus niet om daar alleen naar te kijken. "Ik zeg altijd: als je ome Henk tegen het lijf liep, had hij wat uit te leggen." Nu is het volgens Nap een trekpleister waar 'mensen als u en ik' rondlopen, nette toeristen die te horen kregen 'dat je dit gezien moet hebben'.

Niet dat het vroeger nou zo'n gezellige buurt was, vervolgt Nap. "Zo was je de autoradio direct kwijt aan de verslaafden die er rondhingen. Maar het had, voor wat het waard was, wél een Nederlands tintje." De pooiers bewaakten de buurt, stonden voor de panden en als je het in je hoofd haalde een foto van de vrouwen te maken, rukten zij de camera van je nek.

Het hele gebied heeft met Nederland nu niets meer te maken, zegt hij. Aan het begin van de avond staat het gevaarlijk bol van nette geïnteresseerde buitenlanders, om daarna plaats te maken voor luidruchtige, onbeschofte dronkaards uit de hele wereld. "En wat de klanten betreft is het nu niet meer Jan die bij Mien naar binnenstapt, maar Michael uit Southampton die over Ludmilla uit Roemenië heen gaat."

Die vakantiegangers kunnen goedkoop aan bier en eten komen. Met alle winkeltjes hoef je niet naar een café, en het consumeren gaat op straat. Dat dat überhaupt kan, was volgens waarnemend burgemeester Jozias van Aartsen, die vorige maand afzwaaide, een tweeslachtig beleid - er geldt namelijk een alcoholverbod op de Wallen. "Het is gewoon de kat op het spek binden, nietwaar?", zei hij in een interview met wijkblad d'Oude Binnenstad.

Het maakt het verbod nu nauwelijks te handhaven, zelfs met extra politie-inzet. En een motoragente zei laatst tegen Nap dat ze een steekpartij op 2 meter afstand nog niet zou zien vanwege de stromende massa's.

Die moeite met handhaven blijkt ook uit cijfers van de gemeente. Anderhalf jaar geleden begon het stadsbestuur het Binnenstad Offensief, met zeventig extra agenten en zeventig extra beveiligers die rond het Leidseplein, de Wallen en andere hotspots optreden. De geregistreerde criminaliteit daalde iets. Het aantal uitgedeelde bonnen aan overlastgevers steeg met 22 procent. Maar de overlast voor bewoners niet, geven zij aan bij het Meldpunt openbare ruimte Amsterdam. Bijna de helft zag de leefbaarheid in zijn buurt zelfs afnemen sinds het begin van het offensief. Al zal dat ook samenhangen met het toenemend toerisme en het meldpunt dat meer bekendheid kreeg.

Om die golf toeristen die de stad dagelijks doet verdrinken te temmen, zou je de vakantieverhuur deels kunnen verbieden. Amsterdam doet dat al, met een meldpunt voor Airbnb-overlast en een maximaal aantal verhuurdagen per jaar. Weg met recreanten die de lallende overlastgever uithangen zonder een hoteleigenaar die hen tot de orde roept, is het idee. Maar Jan van der Borg ziet niet zoveel heil in het aan banden leggen van die praktijk, zoals Amsterdam nu sinds een jaar doet. "Ik verheerlijk Airbnb niet, maar het verbieden is symptoombestrijding", zegt de hoogleraar toerisme aan de Universiteit Leuven.

Kwaliteit anders

Een verbod richt zich op de kwantiteit, terwijl volgens Van der Borg juist de kwaliteit van toerisme anders moet. "Amsterdam moet een nieuw imago. Dat toerisme blijft toch wel groeien, daar doe je niets aan. Laat het dan andere mensen zijn die langskomen." Bovendien krijg je zonder die overnachtingsplaatsen meer dagjesmensen, en die brengen wél de drukte maar niet veel geld in de belastingla. Dat zag hij in Venetië, waar hij onderzoek deed. "Wel moet je dan de belasting op die overnachtingen beter regelen", vult hij aan. Iets wat de gemeente ook in het nieuwe coalitieakkoord opnam.

Maar een pretpark-imago verander je niet zomaar. Het zou helpen als de gemeente via sociale media en reisbureaus de ándere plekken in de stad benadrukt. Volgens Van der Borg wil je mensen die zich een paar dagen echt met Nederlanders mengen. "Die worden dan vanzelf de ambassadeurs die dat rustige bezoek buiten het Leidseplein en de Wallen thuis aan vrienden doorverkopen."

Buurtbewoner Nap ziet dat het uitdragen van een Amsterdam dat groter is dan het pretpark eigenlijk al gebeurt, vertelt hij verheugd. "Ik was laatst op een Frans vliegveld, en daar beschreef een magazine alle mooie plekken in de stad buiten de Wallen om."

Maar een rondje door het gebied doet denken dat die imagoverandering nog in een vroeg stadium is. Neem Euan Brown (20) uit Schotland, die hier met twee maten op een doordeweekse dag in de volle zon aan de kade naast het Oudekerksplein zit. Op 30 meter afstand schenken vrouwen vanachter hun ramen handkusjes aan voorbijgangers. De drie mannen zien eruit als het archetype toerist met hun tatoeages, petjes en zonnebrillen. Waarom wilden ze per se de Wallen aandoen? "Toch gewoon vanwege alle verhalen hierover. Eigenlijk waren het mijn oom en tante die zeiden dat we dit gezien moesten hebben."

De drie zeggen ook Schotse reisbureaus te kennen die nog altijd juist dit gebied aanprijzen bij hun klanten. Maar ze gaan de komende dagen ook heus naar musea, zegt Brown ineens in alle ernst. "Na het Sexmuseum willen we morgen naar het Anne Frankhuis."

Lukt het dan niet om dat hardnekkige pretpark-imago te veranderen, dan kun je ook het pretpark sluiten. Dicht met de Wallen, weg met de coffeeshops rond het Leidseplein. En niet slechts ten dele, zoals tijdens het tienjarige Project 1012 al gebeurde (zie kader). Nu lopen de toeristen op een kleiner stukje Wallen, wat daar alleen maar meer geprop teweegbrengt.

Dat is nogal rigoureus en bovendien politiek zeer gevoelig: de hoofdstad laat zich nu eenmaal graag voorstaan op vrijheid en blijheid.

"Dat heb ik ook gemerkt ja", zegt raadslid Don Ceder van de ChristenUnie. Hij is er in zijn eerste jaar van geschrokken dat in de raad 'het achterhaalde idee leeft dat vrijheid-blijheid geen keerzijde heeft'. "Meer politie, meer handhaving, allemaal leuk en zeker nodig, maar je lost er de problemen niet mee op. Of je toestroom van problemen gevende toeristen dan direct oplost door de ramen te sluiten of een wietpas in te voeren, kan ik nu niet zeggen. Moet je ook overleggen met bewoners en ondernemers. Maar ik zie politieke onwil om er überhaupt over te praten."

Oudste beroep

Het sluiten van ramen en coffeeshops werkt niet, zegt D66-raadslid Alexander Hammelburg. Ten eerste niet om mensenhandel en crimineel gedrag tegen te gaan: dat verplaatst zich volgens hem simpelweg buiten het zicht van politie en zorginstellingen. "Dan ben je verder van huis om de sekswerkers te beschermen. Het is het oudste beroep ter wereld, dat zal altijd blijven bestaan. Maar dan zonder controle erop."

En ook zal het volgens hem de drukte niet tegengaan. "Je kunt stellen dat toeristen niets meer hebben om voor langs te komen als er geen rosse buurt meer is. Maar dat gebied is zo iconisch en mooi dat ze de wijk toch blijven vinden de komende tien jaar."

Zijn adagium is daarom: meer handhaving en slimmere techniek: camera's die agenten snel naar de juiste plek sturen bijvoorbeeld. Daar zet de gemeente tot zijn tevredenheid al op in.

Omdat toeristen toch wel komen, kun je ze volgens Hammelberg maar beter spreiden over de stad. "Daarbij ga ik geen taboe uit de weg. Als blijkt dat sekswerk op meer plekken in de stad helpt bij het spreiden, moeten we dat doen."

Misschien wel het krachtigste wapen tegen malafide ondernemingen en al het bijbehorend onheil en 'verkeerde toeristen' die die aantrekken, is toch vastgoedbeheer. Het huurrecht is Amsterdams grootste vriend om een onheilsplek om te toveren in een woonparadijs.

Leegstaande krotten

Het schoolvoorbeeld is de Zeedijk, de bochtige straat vol cafés en restaurants die het Centraal Station met de Nieuwmarkt verbindt. Iedereen van voor de jaren tachtig herinnert zich de beelden van leegstaande krotten en dealers die bezoekers bijna geheid beroofden om een shot te kunnen betalen.

Midden in die straat zit NV Zeedijk, en directrice Janny Alberts kijkt vanaf de tweede etage als een sheriff uit over de panden. Ze wijst in deze vergaderruimte naar de manshoge foto's aan de muur die herinneren aan hoe het dertig jaar geleden was. En wijst dan naar buiten om te laten zien hoe het nu is. De kozijnen staan strak in de verf. Je zou er haast van de straat eten als er niet zoveel hoogwaardige eettentjes zaten om heen te gaan.

Haar organisatie - bestaand uit banken, de gemeente en een grote woningcorporatie - koopt panden op en bepaalt na een eventuele opknapbeurt wie erin komt. En wat er in die panden gebeurt. Zo kan Alberts, die sinds 1999 aan het hoofd van de NV staat, in huurcontracten opnemen dat cafés geen gokautomaten mogen neerzetten. Zelfs een happy hour met goedkope drank op gezette tijden weet ze als vastgoedbeheerder te voorkomen.

Alberts komt over als iemand met wie je niet moet sollen. "Ze vinden me hier strak en streng, maar weten tenminste wat ze aan me hebben."

De problemen van toen zijn niet helemaal vergelijkbaar met die van nu op de Wallen, die slechts één steeg verderop liggen. Dertig jaar terug wilde niemand over de Zeedijk lopen, terwijl de problemen nu deels ontstaan doordat iederéén naar de Wallen wil. Maar de Zeedijk-methode biedt volgens haar toch aanknopingspunten voor de Wallen. Want door ook daar vastgoed op te kopen, zoals vastgoedbedrijf 1012 Inc. nu net als de NV Zeedijk doet, kun je ook op de Wallen wel degelijk ondernemers weren die je niet wilt.

Waar je naar moet streven, zegt Alberts die nog door het raam naar beneden kijkt, zijn panden met ondernemers op de begane grond en bewoners daarboven. "En dan willen we dat die twee groepen de criticasters van de buurt zijn. Dat ze de buurt zelf in het gareel houden, wat vanzelf gebeurt als ze er binding mee voelen." Ze is blij dat dat samen optrekken van gemeente, bewoners en ondernemers nu dankzij 1012 Inc. ook wat op gang begint te komen op de Wallen.

Bert Nap hoopt ook voor Amsterdammers die zelf níet direct in de overlast zitten, dat de overlast afneemt. Zij zijn nu hun stukje centrum kwijt door de drukte. "Hoe vaak hoor ik niet: 'Ik fiets daar nooit meer langs, je komt er niet doorheen'?"

WallenAsschers Project 1012

Tien jaar lang zwoegde de gemeente om het Wallengebied te ontdoen van criminele infrastructuur onder de noemer Project 1012, naar de postcode van het gebied. Het geesteskind van voormalig locoburgemeester Lodewijk Asscher leverde echter niet de gehoopte resultaten, oordeelde de Rekenkamer van de stad onlangs bij het ten einde lopen van de operatie. Goed, het straatbeeld is 'minder groezelig' en de gemeente wist liefst 48 coffeeshops en 112 ramen te sluiten. Maar het 'sluiten van de ramen heeft daarbij een negatief effect gehad op de positie van sekswerkers doordat veel geschikte werkplekken zijn verdwenen'.

Onderdeel van Project 1012 was het opkopen van vastgoed om zo de controle daarop te vergroten. Daar gaat het nieuwe vastgoedbedrijf 1012 Inc. nu mee door. In nauwere samenwerking met bewoners en ondernemers, en daarmee meer volgens het concept van NV Zeedijk.